De visuele taal die Özgen in zijn video's neerzet maakt de impact van geweld en trauma op mensen bijna voelbaar. Zijn werk onderstreept dat alleen gesproken en geschreven taal vaak niet voldoet om de gevolgen van oorlog te kunnen begrijpen. Zo is in het aangrijpende en krachtige werk Wonderland (2016) de dertienjarige Muhammed te zien. Hij vluchtte in 2015 met zijn familie vanuit Syrië naar Derik, in de provincie Mardin in het zuidoosten van Turkije. Muhammed kan niet horen en spreken, maar vertelt ons door middel van gebaren van welke gruwelen hij in zijn thuisland getuige is geweest. Ook al praat Muhammed niet, zijn treffende communicatie is universeel en confronteert ons op een indringende manier met de verschrikkingen van oorlog. “Het doel van dit videoproject was om mensen de absolute wreedheid van de oorlog te tonen, om ze de verwoestingen van de oorlog te laten zien. En dat alles via de verhalen van deze jongen”, vertelt Özgen.
Het videowerk Purple Muslin (2018) maakte Özgen samen met een groep Jezidi-vrouwen. Zij ontsnapten aan verschillende aanslagen door IS en verblijven nu in een vluchtelingenkamp in Noord-Irak. In de video vertellen ze over hun ervaringen van ontvoering, misbruik en ondervoeding. De trauma’s van deze vrouwen worden niet alleen overgebracht door wat ze vertellen, maar blijkt ook uit de intonatie van hun stem. De kleurrijke patronen van hun kleding vormen een groot contrast met hun getuigenissen.
Aesthetics of Weapons (2018) belicht een heel andere kant van geweld dan bovenstaande werken. Een anonieme politieagent vertelt over zijn liefde voor zijn wapen: “Ik beschouw het als een oude vriend of een levenspartner.” We zien hem zijn wapen laden, ontladen, richten, schoonmaken en hij oefent met schieten. In zijn beroep zijn wapens bedoeld om mensen te beschermen, maar het zijn dezelfde wapens die zoveel leed veroorzaken.
Van andere wapens is het oorspronkelijk gebruik juist helemaal uit het collectieve geheugen gewist. Dat is te zien in de video The Memory of Time (2018), gemaakt op de Finse eilandengroep Suomenlinna: een vesting, omgeven door kanonnen die eeuwen geleden in oorlogen werden gebruikt. Unesco heeft ze inmiddels bestempeld als cultureel erfgoed. In de video poseren toeristen bij de kanonnen. Özgen observeert simpelweg met zijn camera en laat het geluid weg. De kunstenaar roept de vraag op of de wapens die vandaag de dag zoveel leed veroorzaken, over honderden jaren wellicht ook zo behandeld zullen worden.
“Als ik opnieuw geboren zou worden, zou ik alle tanks en wapens omsmelten en er instrumenten van maken.” Geïnspireerd door dit citaat van de Armeense muzikant Aram Tigram maakt Özgen de video Harese (2020). Hierin zijn ontmantelde wapens verwerkt tot muziekinstrumenten. In het werk worden deze bespeeld door Amerikaanse veteranen van verschillende oorlogen, zoals die in Afghanistan, Irak en Vietnam. Ze zijn getraumatiseerd en voelen zich in de steek gelaten door dezelfde samenleving waarvoor zij zo hard hebben gevochten. Özgen probeert met muziek de psychologische effecten van oorlog te verzachten.
Erkan Özgen
Erkan Özgen (Turkije, 1971) woont en werkt in Diyarbakır, Turkije. In 2000 studeert hij af aan de Çukurova University Painting Department. Sindsdien werkt hij vooral met het medium video en heeft hij deelgenomen aan groepstentoonstellingen in verschillende landen in Europa, Azië en de Verenigde Staten. Zijn werk is tentoongesteld tijdens de 15e Istanbul Biennial in 2017 en Manifesta 12 en is opgenomen in privé- en publiekscollecties zoals die van Tate Modern, Londen, Collection Pinault Venetië en Parijs, Pinakothek München en de Han Nefkens Foundation. Naast het maken van zijn eigen werk, geeft Özgen ook lezingen over hedendaagse kunst in Turkije en het buitenland, is hij ecologisch activist en is hij mede-oprichter van Loading Independent Art Space in Diyarbakır.