Joost Swarte overal
Begin jaren 70 start Swarte zijn carrière als underground striptekenaar voor ‘Modern Papier’ en ‘Tante Leny presenteert!’ Zijn debuut in Frankrijk in 1974 in het stripblad Charlie Mensuel betekent een doorbraak. Met zijn strips voor kinderen in de bladen Okki en Jippo krijgt hij meer bekendheid onder een breed publiek. Vanaf 1980 publiceert hij zijn strips in het grensverleggende Amerikaanse Raw Magazine. Hij werkt ook in opdracht van Belgische, Franse, Spaanse en Amerikaanse bladen waaronder het invloedrijke The New Yorker. Joost Swarte beperkt zich niet enkel tot het stripgenre; hij illustreert ook romans van Nescio en ontwerpt onder meer postzegels, affiches en platenhoezen. Zijn werk is overal, soms fysiek als een gebouw, een bril, een postzegel, maar ook als illustratie in een tijdschrift of bewegwijzering op een muur. Iedereen kent het waarschijnlijk zonder het bewust te hebben gezien, want het werk van Joost Swarte heeft iets vanzelfsprekends, het is helder, leesbaar, licht ironisch en altijd herkenbaar.
Vijftig jaar werk
De tentoonstelling presenteert een selectie uit al het werk dat Joost Swarte afgelopen vijftig jaar heeft gemaakt: van zijn eerste strippagina's 'Het ware verhaal van Mr. P.' uit 1969 tot en met 'Het Leven op Orde' uit 2015. Van de wereldberoemde ‘De spiegel’ uit 1980 en de kinderpostzegels uit 1984 tot de gevierde covers voor The New Yorker. Zijn werk wordt in alle stadia van het maakproces getoond, van eerste schetsen tot en met voltooide boeken, omslagen en zeefdrukken. Door Swartes gebruik van enkele steunkleuren en veel humor zijn de tekeningen helder en uitnodigend. Andere highlights zijn schetsen en ontwerpen voor 34 glas-in-loodramen bij een nieuwbouwproject in de Marnixstraat in Amsterdam (1999), en een ontwerp voor een raam (±100 m2) voor het Paleis van Justitie in Arnhem (2004).
Over Joost Swarte
Joost Swarte (1947, Heemstede) studeert Industrieel Ontwerpen in Eindhoven en maakt in zijn studietijd, eind jaren 1960, illustraties voor lokale Eindhovense bladen. Hij laat voor het eerst van zich horen in de alternatieve stripbeweging van de jaren 70. Halverwege de jaren 80 verandert Swartes werkgebied van striptekenen naar het maken van illustraties, onder andere voor Humo, Vrij Nederland en The New Yorker. Daarnaast ontwerpt hij affiches, logo’s, postzegels, meubels en gebouwen (Toneelschuur, Haarlem, 2003). Verder is Swarte mede-initiatiefnemer van tijdschriften als Modern Papier en Scratches, evenals van het grootste Europese tweejaarlijkse stripfestival ‘Stripdagen Haarlem’ en het Hergé Museum in het Belgische Louvain-la-Neuve. In 1998 wint Joost Swarte voor zijn bijdrage aan de strip in het algemeen en zijn gehele oeuvre de Stripschapprijs. In 2004 wordt hij door koningin Beatrix benoemd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau, en in 2012 wint Swarte voor zijn gehele oeuvre de Marten Toonderprijs.
See All This Kleurwedstrijd
Ter gelegenheid van de tentoonstelling heeft Joost Swarte de cover voor het herfstnummer van het kunstmagazine See All Thi getekend. Swarte heeft de lijnen gezet, de invulling is aan de lezer. Lees hier meer over deze See All This Kleurwedstrijd.
Pers
Download hier het persbericht en het overzicht van de persbeelden.