De Kunsthal Rotterdam besteedt in haar tentoonstellingsprogramma regelmatig aandacht aan kunst en cultuur uit Afrika en Azië. Komend seizoen presenteert de Kunsthal in de vitrinewand een unieke verzameling hanenmesjes uit Indonesië.
Deze 'taji' werden gebruikt bij de populaire hanengevechten, waarbij de mesjes aan de sporen van de hanen werden gebonden. De tentoonstelling Hanenmesjes - Kotak Taji uit Indonesië vormt de eerste museale presentatie van de collectie van Pieter van Donk. Hij verzamelde 25 jaar lang wat resulteerde in meer dan 540 kokers met mesjes afkomstig uit Bali, Lombok, Sulawesi en Kalimantan.
De smalle gegraveerde mesjes en de houten, bamboe, benen of ivoren kokertjes waarin ze worden bewaard, zijn zeer vakkundig vervaardigd. Deze 'kotak taji' variëren van heel eenvoudig tot expressief snijwerk met beeltenissen van mensen, dieren en fantasiefiguren. Het vervaardigen van de kotak taji en het hanengevecht zelf waren belangrijke rituelen, waaraan magische krachten werden toegeschreven. Bij het hanengevecht werd veel gegokt en het winnen of verliezen ging gepaard met veel bijgeloof.
Het van oorsprong Chinese hanengevecht groeide in de zesde eeuw v.Chr. al gauw uit tot een populair gokspel en verspreidde zich vanuit Azië via Europa tot aan Zuid-Amerika. In de afgelopen eeuw werd het hanengevecht echter vrijwel overal ter wereld verboden en daarmee ging de traditie verloren. Ook de Indonesische overheid verbood het hanengevecht.
