Liefde
De duivensport gaat om liefde. De liefde van de duivenmelker voor zijn duiven, en de liefde van de duiven voor elkaar. Duivenstelletjes blijven hun leven lang bij elkaar. Het samenvoegen van de beste paartjes, en het fit en gezond houden van de duiven, is essentieel om succesvolle wedstrijdduiven te krijgen. Zak Waters’ fascinatie voor deze ‘vogelwereld’ leidt tot een indringende serie waarin de betrokkenheid van de duivenmelkers voor hun vogels zichtbaar wordt. De spanning bij het loslaten van de duiven is enorm. Zodra de duiven in hun manden naar de gekozen racelocatie zijn overgebracht, begint het lange wachten voor de duivenmelkers. De raceafstand kan variëren van 300 km tot een tweedaagse tocht naar België, Frankrijk of Spanje (tot 1300 km). Tot de avondzon turen duivenmelkers naar de lucht om te kijken hoe hun duiven uit vrije wil terugkeren naar huis.
Arbeiderssport
In de vroege negentiende eeuw zijn het arbeiders die deze sport ontwikkelen, op zoek naar ontmoetingen met gelijkgestemden, naar de spanning van wedstrijden, maar bovenal naar de vrijheid die de vogel symboliseert. De eerste echte wedstrijd wordt in 1818 in België gehouden. Nederland volgt in 1840, en langzaam verovert de sport ook Groot-Brittanië en de rest van de Europa. De sport lijkt, in Europa althans, langzaam op te houden te bestaan door vergrijzing onder de deelnemers en de grote klappen voor de duivenhouderij tijdens de economische recessie in de jaren tachtig. Sinds generaties is de duivensport van vader op zoon doorgegeven, maar jongere generaties zijn tegenwoordig niet meer geïnteresseerd. Ironisch genoeg gaat er wereldwijd steeds meer geld om in de duivensport met bedragen tot € 250.000 voor de succesvolste raceduiven en prijzen tot wel € 50.000.